Amazone Jungle dag 1

14 september 2018 - Puerto Maldonado, Peru

Zondagmorgen 10 september hadden we een taxi geregeld die ons in 20 minuten naar het vliegveld bracht. En op zondagmorgen is het niet het echt superdruk in een grote stad als Cusco. Inmiddels is de hoogte voor ons allang geen probleem meer. Als we willen inchecken komen we onze reisvrienden Jan en Marga weer tegen waarvan we al wisten dat ze dezelfde vlucht hadden. Enthousiast vertellen we elkaar onze verhalen over de Inca Trail (wij de vierdaagse en zij de tweedaagse). Daarnaast hebben zij de Secret Valley nog gedaan. Eind van de morgen komen wij aan op Puerto Maldonado. Op het moment dat we uit het vliegtuig  stappen krijgen we een warme "klap" in ons gezicht, want we gaan van 22 graden in Cusco naar 38 graden in Puerto Maldonado. Vanaf het vliegveld moeten we nog een busreis maken naar de jungle. En dat wordt de ergste busreis ooit.....in het begin valt het nog mee. Wel vallen de krakkemikkige onderkomens van de zeer armoedige bewoners op, want huizen zou ik het niet willen noemen. Half afgebouwd (daar heeft Peru patent op), daken van golfplaten, en slechts enkele meters groot. Overal afval en straathonden. Dan past een half geasfalteerde weg ook aardig in dat beeld. Werkelijk overal zitten er gaten in de weg. Dit ten gevolge van het leveren van een inferieure kwaliteit (lees "corruptie"). Gevolg hiervan was weer dat wij met een "snelheid" van ongeveer 15 km per uur richting de jungle reden. We waren, naast ons vieren, inmiddels ook 2 Engelse dames (moeder en dochter). We waren verwelkomd inmiddels door onze gids Victor. Nadat we de hobbeltrip hadden overleefd mochten we nog een stukje varen met een smalle boot  die de vorm had van een kano, alleen dan wat langer. Eenmaal aangekomen werden we naar onze kamers (lodge) gebracht. Dit was een houten ruimte met 3 wanden, waarbij boven de wanden ook nog ruimte zat en de ramen gewoon open ruimtes waren. Het dak liep flink ver door naar buiten. Onze bedden waren voorzien van klamboes. Aan de achterkant was dus geen wand, Het alternatief was niet slecht....een hangmat, helaas maar 1. Grappig was wel dat de voordeur voorzien was van een heus slot. Beetje onzinnig als de hele achterkant vrij toegankelijk is. Elektriciteit was beperkt, in de morgen een uur, in de middag een uur en in de avond van 17.00 tot 21.30. Oh ja, en er was alleen koud water, met temperaturen van rond de 40 graden was dat niet zo'n probleem. Waar we ook direct door gegrepen werden waren de rust en de dierengeluiden, heerlijk. Gezien de warmte was ons programma beperkt. We maakten een boswandeling van een dik uur. Wat vanaf het begin opviel aan de gids was zijn punctualiteit en zijn serieuze benadering. Maar ook was duidelijk dat hij veel verstand had van de natuur. Onderweg wist hij feilloos een tarantula uit zijn hol te krijgen met een stengeltje zonder blaadjes. Even porren, en hop daar kwam hij naar buiten. Tegen zonsondergang klommen we op een uitkijktoren van 38 meter hoog die vervaarlijk begon te wiebelen toen we met 7 mensen het wankele gevaarte begonnen te beklimmen. Deze zat op 4 hoeken met staalkabels vast. Nou zit er ook altijd wat beweging in wolkenkrabbers, maar dit voelde toch even wat anders....overigens konden we van bovenaf niet bijster veel zien, behalve de zonsondergang. Op de terugweg zagen we nog een kudde wilde zwijnen (60!) voorbij komen. Standaard om 19.00 hadden we het diner. Na het eten gingen we toch al vrij snel naar bed, moe dat we waren na weer een dag met veel diverse indrukken. 

Foto’s